In de paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen geven we een dwarsdoorsnede van de meerjarige uitgaven voor het uitvoeren van onderhoud die zijn opgenomen in de verschillende programma’s en producten van dit jaarverslag. Deze uitgaven worden vanuit een vooraf vastgesteld beleid uitgevoerd. We hebben de uitgangspunten in deze paragraaf opgenomen.
Openbare ruimte
Onderhoudskosten openbare ruimte zijn in 2022 circa €336.000 hoger dan de begroting, een afwijking kleiner dan 5%. Het kwaliteitsniveau waarop de openbare ruimte wordt onderhouden, is het minimum niveau over de hele breedte van de openbare ruimte, ook wel ‘basiskwaliteitsniveau’ genoemd. In 2016 is dit basiskwaliteitsniveau voor de diverse onderdelen van de openbare ruimte vastgelegd in het uitvoeringsprogramma visie Leefomgeving. De output onderhoud wat betreft de openbare ruimte is in 2022 grotendeels volgens de verwachting gerealiseerd.
Gebouwen
Het groot onderhoud van gebouwen is in 2022 op totaalniveau circa €1.464.000 lager uitgevallen dan begroot. Voor het Stadhuiskwartier waren de onderhoudskosten iets hoger, omdat de begroting is bepaald op een gemiddelde van 15 jaar. Ook het onderhoud aan de brandweerkazerne aan de Schonenvaardersstraat kende hogere onderhoudskosten.
De gemeente Deventer heeft in 2022 vanuit haar verschillende programma’s diverse prestaties en ambities gerealiseerd waarbij kapitaalgoederen zijn ingezet. Straten, wegen, bruggen en pleinen zijn onontbeerlijk voor de economische ontwikkeling van Deventer en straatverlichting en de inrichting en onderhoud van het openbaar groen leveren een belangrijke bijdrage aan de (veiligheids)beleving. Allemaal voorbeelden van kapitaalgoederen die van groot belang zijn bij het realiseren van de prestaties en ambities.
Vanuit de zorg voor een structureel goed, veilig, efficiënt, duurzaam en milieubewust leef-, werk-, woon- en verblijfmilieu voor de burger investeren we jaarlijks veel geld in het onderhoud van kapitaalgoederen. Met beheer en onderhoud zorgen we ervoor dat de verschillenden kapitaalgoederen hun geplande levensduur halen en er geen kapitaalvernietiging plaatsvindt.
In de begroting 2022 is het operationele en financiële beleidskader weergegeven voor het onderhoud en beheer van de kapitaalgoederen. Deze paragraaf geeft inzicht in de realisatie van het beleid en de daaruit voortgevloeide financiële consequenties over het jaar 2022.
Hieronder treft u nadere informatie over (het onderhoud van) de gemeentelijke openbare ruimte.
Meer informatie
Beleidsrealisatie
De kwaliteit van de openbare ruimte heeft in Deventer veel aandacht van de burgers en het bestuur, omdat dit belangrijk is voor de leefbaarheid en de (veiligheids)beleving van de gebruikers. Het reguliere klein onderhoud vindt, volgens de Visie Leefomgeving, plaats op basis van een basiskwaliteitsniveau (‘minimum niveau’).
Deventer baseert de basiskwaliteit op 4 criteria:
- Minimale technische of wettelijke eisen. De belangrijkste wettelijke verplichting van gemeenten is de zorgplicht. We moeten zorgen dat de openbare ruimte veilig en bruikbaar is. De aansprakelijkheid hiervoor ligt vast in het Burgerlijk Wetboek (artikel 6:174). De algemene zorgplicht is soms uitgewerkt in specifieke wetten of jurisprudentie (bijvoorbeeld rondom verkeersveiligheid en richtlijnen van het landelijk kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte, het CROW). Daarnaast gelden wettelijke eisen voor enkele specifieke onderdelen van de openbare ruimte.
- Kapitaalvernietigingsniveau. Daalt het onderhoud onder dit niveau, dan wordt de levensduur korter dan kostentechnisch wenselijk is.
- Leefbaarheid. Dit niveau wordt niet bepaald door wettelijke eisen en/of kapitaalvernietiging, maar door wat nog maatschappelijk zinvol is.
- Functionaliteit. Voorkomen moet worden dat het onderhoudsniveau zo laag wordt dat de openbare ruimte niet meer functioneert zoals die bedoeld is.
Het basiskwaliteitsniveau dat de gemeente minimaal wil bereiken is in 2016 vastgelegd in het uitvoeringsprogramma visie Leefomgeving. In 2022 is gewerkt aan een nota Kapitaalgoederen voor programma Leefomgeving. Daaruit blijkt dat het steeds lastiger, zo niet onmogelijk, wordt om het basiskwaliteitsniveau te bereiken met de beschikbare middelen. Bij de behandeling van de voorjaarsnota zal hierop nader worden ingegaan.
Uit de monitoring door de verbonden partijen blijkt dat in 2022 op vrijwel alle aspecten het afgesproken niveau gehaald is. Uitzondering vormt de onkruidbestrijding op verhardingen. Dit probleem is al meermalen gesignaleerd in de diverse rapportages.
Het extreem droge voorjaar en de droge zomer hebben overigens de resultaten voor wat betreft de dienstverleningsafspraken met het HGB wel beïnvloed. Met name onkruiddruk is aanzienlijk lager geweest afgelopen jaar, waardoor het relatief eenvoudig was voor het HGB en Circulus om aan hun afspraken te voldoen.
Deventer monitort tweejaarlijks de beleving van de inwoners van de leefomgeving door middel van het bewonersonderzoek. Dit onderzoek is voor het laatst in 2021 uitgevoerd. Uit het onderzoek van 2022 blijkt dat de leefbaarheid, de objectieve en subjectieve kwaliteit (aanzien en aantrekkelijkheid) van de openbare leef-, werk-, woon- en verblijfsomgeving werd gewaardeerd met een gemiddelde van 6,9.
De programmering van het groot onderhoud en de vervangingsopgave vindt plaats aan de hand van het meerjarenonderhoudsprogramma (MJOP). In 2022 is het geplande onderhoud van het MJOP-MIND 2021-2024 voor een groot deel uitgevoerd. Bij de programmering van het MJOP maken we meer en meer gebruik van Geo-data. Door deze te combineren met andere opgaven wordt het steeds beter mogelijk deze opgaven op elkaar af te stemmen. In de komende versies van het MJOP-MIND zullen hier nog meer stappen in gezet worden in relatie tot de energietransitie en de planningen van de corporaties.
Op basis van een nadere financiële analyse, vastgelegd in het uitvoeringsprogramma visie Leefomgeving, zijn er enkele beheergroepen waarvoor de vervangingsopgave in de toekomst een aandachtspunt is. In 2022 is dit uitgewerkt in de vorm van een nota kapitaalgoederen. Daar wordt bij de voorjaarsnota 2023 nader op in gegaan.
Taakveld 2.1 Verkeer en vervoer
In 2022 is verder gewerkt aan de buurtgerichte aanpak in de Rivierenwijk, Oranjekwartier en Tjoenermarke. Verder is er gewerkt aan buurtagenda’s opgesteld voor Zandweerd-Noord, Tuindorp en Kloosterlanden. Deze buurtagenda’s geven de komende jaren input voor het MJOP-MIND. Wat duidelijk wordt is dat deze werkwijze meer input voor de opgave oplevert op het vlak van klimaat, energie, gezondheid, duurzaamheid en bereikbaarheid. Het moge duidelijk zijn dat dit vaak ook meer kosten met zich mee brengt. De participatie van bewoners en bedrijven is belangrijk voor draagvlak maar ook hebben zij kennis van de wijk die nodig is om naast de technische opgaven ook de juiste andere zaken aan te pakken.
Straten, wegen en pleinen
In het oog springende projecten zijn: het omvormen van diverse fietspaden van asfalt naar beton (Boxbergerweg, Koersenweg) en van tegels naar asfalt (Margijnenenk, Lebuinuslaan, Overstichtlaan), de herinrichting van De Braam, de Prinses Margrietlaan Bathmen en de Tesselschadestraat. Daarnaast is er aan diverse asfaltwegen groot onderhoud gepleegd.
Straatreiniging
Ook in 2022 heeft de onkruidbestrijding op verhardingen het afgesproken niveau niet gehaald. Dit probleem is eerder gesignaleerd in de diverse rapportages.
Openbare verlichting
In 2022 is het onderhoud van de openbare verlichting uitgevoerd volgens de overeenkomst met de aannemer. Deze overeenkomst is erop gericht dat altijd minimaal 98% van de verlichting brandt. In 2022 is de eerste jaarschijf van het in 2020 vastgestelde MJOP 2021-2024 grotendeels uitgevoerd . De uitvoering van de Smidsgang en de Zandpoort is afgerond. Het effect van de stijging van de energieprijzen is bij openbare verlichting zeer groot. De kosten zijn binnen een jaar een aantal maal hoger geworden en hebben ook geleid tot een fors tekort bij het programma Leefomgeving.
Civieltechnische kunstwerken
In 2021 is een meerjarig groot onderhoudsbestek opgesteld. In 2022 is hier uitvoering aan gegeven. De geprogrammeerde vervanging van 7 houten bruggen loopt stroef. Realisatie wordt voorzien in 2023.
Verkeerstechniek
Binnen de dit onderdeel is de ontwikkeling van ITS verder doorgezet op onze hoofdinfrastructuur. In 2021 is verder gegaan om alle VRI's binnen de gemeente te voorzien van zogenaamde intelligente bedieningssystemen waardoor de doorstroming van het verkeer verder geoptimaliseerd kan worden.
Taakveld 2.4 Economische havens en waterwegen
Economische havens
De uitvoering van de aanleg van een containerterminal en een nieuwe wachtkadevoorziening in de vijfe havenarm (voorheen 'dode havenarm' genoemd) is eind 2022 gestart en zal naar verwachting in 2023 gerealiseerd worden.
Taakveld 5.7 Openbaar groen en (openlucht) recreatie
Groen, natuur en recreatie
Het klein onderhoud is volgens het afgesproken CROW-kwaliteitsniveau uitgevoerd door HGB, volgens de daartoe geldende Dienstverleningsovereenkomst en het bijbehorend bestek. Het reguliere onderhoud aan onze (rijksmonumentale) stadsparken is hiervan onderdeel. Het grootste deel van het groot onderhoudsbudget is besteed aan het omvormen van heestervakken, laanboomverjonging en noodzakelijk veiligheidsonderhoud aan bosplantsoen.
Openbare speelgelegenheden
Ook in 2022 is voortgang geboekt met de realisatie van de taakstelling uit Samen Ruimte Geven. Volgens planning (MJOP) is een deel van de gemeentelijk speeltoestellen vervangen door speelaanleidingen die goedkoper in beheer zijn. Stichting Tevreden heeft, volgens afspraken in 2015, in 2022 het onderhoud uitgevoerd aan de door hen overgenomen speelplekken. De speelplekken zijn in 2022 onderhouden conform het Attractiebesluit. De kanttekening die wel moet worden geplaatst is dat door het ontoereikende vervangingsbudget, het areaal aan speeltoestellen in de gemeente Deventer geleidelijk afneemt.
Als er onvoldoende middelen zijn om toestellen te vervangen, moeten toestellen in verband met veiligheidseisen worden verwijderd.
Taakveld 7.2 Riolering
In 2022 is groot onderhoud, waaronder vervanging, aan riolering en waterbeheervoorzieningen uitgevoerd conform het gemeentelijke rioleringsplan (GRP) 2022-2026. Diverse pompen in de rioolgemalen zijn vervangen. Binnen de buurgerichte aanpak wordt de openbare ruimte klimaat adaptief ingericht.
Taakveld 7.5 Begraafplaatsen en crematoria
Het reguliere onderhoud aan de gemeentelijke begraafplaatsen is in 2022 volgens het basiskwaliteitsniveau uitgevoerd door Het Groenbedrijf en de Stichting Oude begraafplaatsen Deventer (SOBD). Er is geen groot regulier onderhoudsbudget voor de gemeentelijke begraafplaatsen.
Taakveld 5.2 Sportaccommodaties (velden)
Het groot onderhoud aan buitensportaccommodaties heeft volgens de programmering plaatsgevonden.
Financiële verantwoording
Financiële verantwoording
(bedragen x €1.000) | |||||
Onderhoudslasten openbare ruimte per categorie | Taakveld | Begroting na wijziging | Realisatie | Verschil | Basiskwaliteitsniveau gerealiseerd (sober) |
---|---|---|---|---|---|
Verkeer en vervoer | 2.1 | 20.473 | 21.192 | 719 | 100% |
Economische havens en waterwegen | 2.4 | 303 | 230 | -73 | 100% |
Openbaar groen en (openlucht) recreatie | 5.7 | 9.258 | 9.144 | -114 | 100% |
Riolering | 7.2 | 7.038 | 6.956 | -82 | 100% |
Begraafplaatsen en crematoria | 7.5 | 338 | 307 | -31 | 100% |
Totaal | 37.410 | 37.829 | 419 |
De gerealiseerde kosten voor (regulier) onderhoud in de openbare ruimte vertonen in 2022 geen grote afwijkingen (<5%) ten opzichte van de begroting. In totaal is circa €419.000 meer uitgegeven dan begroot, met name op het taakveld Verkeer en vervoer. Dit komt doordat loon-, brandstof-, energie- en gasprijzen fors zijn gestegen.
Hieronder treft u informatie aan rond (het onderhoud van) de gemeentelijke gebouwen.
Meer informatie
Beleidsrealisatie
In 2022 is een belangrijke stap gezet in de doorontwikkeling van het vastgoedbeleid. Op 21 december 2022 heeft de raad de kadernota Vastgoed 2022 vastgesteld, die we vanaf 1 januari implementeren. Nadat in 2021 de focus heeft gelegen op de financiële uitwerking en consequenties van de uitgangspunten van de kadernota heeft de raad bij de eerste kwartaalrapportage 2022 structureel aanvullende middelen beschikbaar gesteld om het beheer en onderhoud van het directe kernbezit op een professionele wijze vorm te kunnen geven. Met dit besluit is de weg vrij om het budgethouderschap vanuit de verschillende beleidsprogramma’s over te hevelen naar de vastgoedorganisatie.
Met het vaststellen van de kadernota Vastgoed 2022 kan een volgende stap gezet worden in de professionalisering van het vastgoedbeheer. De kadernota geeft aan op welke wijze en binnen welke kaders wij maatschappelijke doelstellingen willen realiseren met vastgoed als middel. Daarin is rekening gehouden met wettelijke en gemeentebrede kaders. Wij geven aan wanneer wij vastgoed in eigendom wensen te hebben en wanneer niet. We gaan het vastgoedbeleid doorontwikkelen tot een instrument om zo veel mogelijk maatschappelijke waarde te creëren. In de kadernota is opgenomen hoe wij invulling geven aan de verschillende gemeentelijke rollen die het vastgoedbeheer raken. De kadernota geeft de kaders en uitgangspunten weer op de verschillende thema's van het vastgoedbeleid; huurprijsbepaling, uitgifte van vastgoed, instandhouding, optimalisering, verduurzaming, verkoop, ontwikkeling en burgerparticipatie. Zo gaan wij bijvoorbeeld voor maatschappelijke organisaties een kostprijsdekkende huur in plaats van normhuur implementeren, waarmee verkapte subsidieverlening via een lagere huur wordt voorkomen.
Onderhoud
Voor het directe kernbezit van de gemeente is een Meerjaren Onderhoud Programma (MJOP) beschikbaar. De panden worden periodiek (circa één keer per drie jaar) geïnspecteerd op basis waarvan de MJOP’s worden geactualiseerd. Wij hanteren hierbij de NEN-2767 methodiek. Deze methodiek gaat uit van een conditiescore van 1 tot 6, waarbij 1 uitstekend is en 6 zeer slecht. Uitgangspunt voor het kernbezit is een minimale conditiescore van 3 voor ieder bouwelement. Dat betekent een redelijk onderhoudsniveau dat over het algemeen door vastgoedeigenaren als voldoende wordt aangemerkt.
Bij toepassing van de NEN 2767 brengen wij, naast de inventarisatie van de conditiescores van de verschillende bouwelementen, ook de risicoaspecten van gebreken in kaart. Afhankelijk van het gewenste onderhoudsniveau zijn deze risicoaspecten al dan niet acceptabel. Het gaat dan bijvoorbeeld om gebruik, cultuurhistorische waarde, veiligheid en gezondheid of beleving. Voor monumentale gebouwen geven wij hoge prioriteit aan het aspect cultuurhistorische waarde. Dat betekent dat wij voor die bouwelementen een hogere conditiescore hanteren.
Voor gebouwen die niet tot het kernbezit behoren, hanteren wij veiligheid, bruikbaarheid en waardebehoud als minimumniveau. Dit zijn gebouwen die met name in gebiedsontwikkelingsprojecten zijn ondergebracht en op termijn verkocht, gesloopt of herontwikkeld gaan worden. Wij stellen voor deze gebouwen geen MJOP op, maar wij doen periodiek een risicoscan. De onderhoudsstrategie bepalen wij in samenspraak met het project op basis van de projectdoelstellingen met het betreffende gebouw.
Verduurzaming
Voor het verduurzamen van de kernportefeuille is in de kadernota Vastgoed opgenomen dat wij een voorbeeldfunctie hebben als het gaat om de verduurzaming van ons eigen vastgoed. Nieuw te bouwen gebouwen gaan wij maximaal energiezuinig realiseren. Gebouwen die gerenoveerd worden maken we gelijktijdig zo energiezuinig mogelijk. Deze ambities uit het bestuursakkoord worden vertaald in een actuele portefeuillestrategie en investeringsprogramma. Hierbij worden de volgende uitgangspunten gehanteerd: sturing op CO2-reductie, alleen het kernbezit gaan wij verduurzamen, wettelijk verplichte maatregelen voeren wij ook uit voor het niet-kernbezit, verduurzaming doen wij op logische momenten, energiebesparing wordt ingezet als dekking en het energieverbruik gaan wij monitoren. In 2023 wordt het investeringsprogramma ter besluitvorming voorgelegd.
Ondersteuning organisatie
Het technisch beheer en onderhoud voor de huisvesting van medewerkers van de gemeente en de bijbehorende cultuurhistorische gebouwen die de gemeente daartoe in bezit heeft, worden uitgevoerd door een externe partner. Hiervoor is destijds een 'build en maintain' contract gesloten voor een periode van 15 jaar. Het integreren van het beheer en onderhoud in de overige kernportefeuille wordt onderzocht. In de begroting is het gemiddelde onderhoudsbudget over deze periode opgenomen, waarbij eventuele verschillen in realisatie worden verrekend met de reserve Huisvesting gemeentelijk apparaat.
Onderwijshuisvesting
Per 1 januari 2015 is de gemeente niet langer verantwoordelijk voor het onderhoud aan de schoolgebouwen. Het Rijk maakt de gelden rechtstreeks over aan de schoolbesturen. Wel onderhouden wij een aantal gymzalen en peuterspeelruimtes.
NV Maatschappelijk vastgoed en NV Milieucentrum
In 2021 zijn deze objecten in direct eigendom gekomen van de gemeente. Voor deze panden worden MJOP’s opgesteld volgens de door de gemeente gehanteerde conditiescore systematiek. Met het vaststellen van de kadernota Vastgoed wordt het beheer en onderhoud de komende jaren verder geïntegreerd en geüniformeerd.
Financiële verantwoording
Financiële verantwoording
Er zijn vier reserves bestemd voor het onderhoud van het kernbezit dat in beheer is bij de vastgoedorganisatie. Dit zijn de reserve Onderhoud gebouwen, de reserve Onderwijshuisvesting (onderhoud gymzalen), de reserve Onderhoud panden NV MVD en reserve Onderhoud NV Milieucentrum. Deze reserves zullen in 2023 samengevoegd worden.
Het saldo van deze reserves per 1-1-2022 was €3.635.757. In 2022 is per saldo €2.109.769 geput uit deze reserves waarmee de stand per 31-12-2022 €1.525.988 is.
Voor gebouw-gebonden kosten (waaronder groot onderhoud) voor de huisvesting van het gemeentelijk apparaat is een aparte reserve beschikbaar, waarvan per 31-12-2022 de stand €837.898 is.
Op de geëscaleerde zorg is een onderbesteding. De eerste fase van de renovatie (onderhoud Polstraat 8-10) is in het eerste kwartaal van 2023 afgerond. Het budget moet beschikbaar blijven voor de uitvoering van de tweede fase, die in 2023 afgerond zal worden.
De onderbesteding op onderwijshuisvesting (onderhoud gymzalen) wordt veroorzaakt doordat de geplande inhaalslag op groot onderhoud van de gymzalen is vertraagd. Het restant budget is gestort in de reserve.
Onderhoudslasten gebouwen per categorie | Programma | Taakveld | Begroting na wijziging (bedragen x €1.000) | Realisatie (bedragen x €1.000) | Verschil | % sober | % basis | % hoog |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Sport | Meedoen | 5.1 Sportbeleid en 5.2 Sportaccommodaties | 122 | 78 | 44 | 100% | ||
Welzijn | Meedoen | 6.1 Samenkracht en 6.81 Geescaleerde Zorg | 2.447 | 1.288 | 1.159 | 100% | ||
Cultuur | Kunst en Cultuur | 5.5 Cultureel erfgoed en 5.6 Media | 786 | 557 | 229 | 100% | ||
Onderwijs | Jeugd en Onderwijs | 4.2 Onderwijshuisvesting en 4.3 Leerlingzaken | 510 | 255 | 255 | 100% | ||
Gemeentelijk | Bedrijfsvoering | 0.4 Ondersteuning organisatie | 539 | 652 | -113 | 100% | ||
Totaal | 4.404 | 2.830 | 1.574 |
Gemeentelijke huisvesting
Het verschil in begroot en gerealiseerd groot onderhoud van de gemeentelijke huisvesting (Stadhuiskwartier) wordt veroorzaakt doordat het begrote bedrag een gemiddelde is van de totaal te verwachten lasten over een periode van 15 jaar. De eerste jaren na oplevering van het Stadhuiskwartier waren de onderhoudslasten lager en werd het verschil gestort in de reserve Huisvesting en gereserveerd voor hogere lasten in latere jaren. In 2022 was er een nadeel dat is gedekt binnen reserve Huisvesting gemeentelijk apparaat.
Welzijn
De renovatie van de Polstraat 8-10 wordt gecombineerd met groot onderhoudswerkzaamheden. De uitvoering van de eerste fase is in 2022 gestart en loopt door in 2023. De planning is dat de renovatie eind 2023 wordt afgerond. Dat betekent dat in 2022 minder is uitgegeven dan begroot, wat doorschuift naar 2023.
Culturele huisvesting
Voor de deelportefeuilles Cultureel Erfgoed en Musea is in 2022 minder uitgegeven dan de bijgestelde begroting. Voor de Bergkerk wordt het een deel van het groot onderhoud gecombineerd met het aanleggen van de sprinklerinstallaties. De laatste werkzaamheden lopen door in 2023 en worden dan afgerond. Dat betekent minder gerealiseerde kosten in 2022. Voor het Klooster loopt de uitvoering van de onderhoudswerkzaamheden over het jaar heen.
Onderwijshuisvesting
Dit betreft onderhoudswerkzaamheden aan de gymzalen. In 2021 en 2022 is een inhaalslag gemaakt. Een deel van het werk loopt door in 2023.